Risico’s
Zoals bij iedere medische behandeling, is een beugelbehandeling niet geheel vrij van risico’s. Als er zich complicaties voordoen, dan zijn de gevolgen gelukkig gering. Hieronder staan de meest voorkomende risico’s van beugelbehandelingen.
Pijn – wennen
In het begin van de behandeling moet u vanzelfsprekend aan de beugel wennen. De tanden zijn dan vaak gevoelig. Soms drukt de beugel tegen de kaak, tong of wangen. Deze klachten nemen na een paar dagen af. De meeste patiënten (volwassenen en kinderen) zijn na één tot twee weken goed aan de beugel gewend.
Ontkalking – gaatjes
Als er niet goed gepoetst wordt, kunnen vlekjes, gaatjes of andere beschadigingen aan het glazuur ontstaan. Ook kan het tandvlees zich lokaal terugtrekken of juist opzwellen. Goed poetsen in combinatie met fluoride mondspoeling en regelmatige controle bij de tandarts blijft belangrijk, eventueel ondersteund door een mondhygiënist.
Wortelresorptie – wortelverkorting
De belangrijkste complicatie van het verplaatsen van tanden met een beugel is ‘wortelresorptie’, dan verkorten de wortels. De oorzaak hiervan is niet duidelijk. Gelukkig zijn maar weinig mensen gevoelig voor deze aandoening. Wortelverkorting stopt als de apparatuur uit de mond verwijderd wordt.
Terugval – verandering
Tanden hebben de vervelende neiging van stand te veranderen na een behandeling. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat tanden gedurende het leven veranderen, ook als er geen orthodontische behandeling heeft plaatsgevonden. De sterkste veranderingen vinden plaats in de latere tienerjaren, als de botstructuren in het middengezicht een laatste groei doormaken. Maar ook tussen 25 en 35 jaar is er een periode van verandering. Gedurende het hele leven kan de beet veranderen. Alleen door het zeer lang en regelmatig dragen van retentieapparatuur is dit tegen te gaan.